Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Esther [8]sprak verder voor het aangezicht des konings, en zij viel [9]voor zijn voeten, en zij weende, en zij smeekte hem, dat hij [10]de boosheid van Haman, den Agagiet, en zijn gedachte, die hij tegen de Joden gedacht had, zou wegnemen. 8. Te weten, toen nu Haman gehangen was. Zie boven, hfdst.7 vs.9. 9. Hebreeuws, voor het aangezicht zijner voeten. 10. Dat is, het plakkaat van het uitroeien der Joden, hetwelk op raad en boos ingeven van Haman gepubliceerd was.